Tip 1: Kies voor producten die voorzien zijn van een keurmerk
Nederland kent slechts minimale regelgeving als het gaat om fietsverlichting. De belangrijkste eisen zijn een witte of gele lamp aan de voorkant van de fiets en een rode lamp aan de achterkant, die niet knippert. Om fietsers te helpen bij het maken van de juiste keuze voor fietsverlichting heeft RAI Vereniging het RAI Keurmerk Fietsverlichting (RKF) ontwikkeld. Goedgekeurde verlichting is te herkennen aan het RKF-logo.

Tip 2: Zorg dat de verlichting op de juiste manier wordt gemonteerd
Als het gaat om verkeersveiligheid is behalve de kwaliteit van de fietsverlichting ook de montage een belangrijk aspect. De vaste verlichting moet stevig aan de voor- en achterkant van de fiets bevestigd worden en recht vooruit en achteruit schijnen. De verlichting mag niet bedekt zijn en niet te veel bewegen. Naast verlichting moet de fiets ook uitgerust zijn met reflectoren: een rode reflector aan de achterkant van de fiets, gele reflectoren op de trappers en witte of gele reflectoren op de velgen of banden.

Tip 3: Zorg dat de verlichting is afgestemd op de omgeving
Fietsverlichting heeft twee functies, namelijk het verlichten van de weg om goed te kunnen zien en licht geven om door andere weggebruikers opgemerkt te worden. Wanneer u veel op wegen fietst waar weinig straatverlichting aanwezig is, doet u er goed aan te kiezen voor een voorlicht met een krachtige lichtintensiteit van minimaal 10 Lux om de straat te verlichten. Fietst u vaak in de stad, dan is het vooral belangrijk om uzelf goed zichtbaar te maken. Dan volstaat een lichtintensiteit van minimaal 4 Lux.

Tip 4: Onderhoud de fietsverlichting en controleer deze regelmatig
De verlichting is het meest kwetsbare onderdeel van de fiets. Het is dan ook belangrijk regelmatig te controleren of de verlichting nog naar behoren werkt. Daarnaast is het belangrijk om de reflectoren regelmatig schoon te maken, omdat vuile reflectoren minder licht weerkaatsen.